Zondag 5 december 2021, Maartenskerk 10.00 uur, 2de zondag van Advent, Jong&Oud-dienst, max. 100 dienst

Orgelspel

Welkom en mededelingen

Aansteken van de adventskaarsen

Adventskaarsenlied: 1, 2

Eén kaars gaat er nu branden
en zegt aan iedereen
er is een feest op handen,
de duisternis gaat heen.

Twee kaarsen staan te schijnen,
hun licht is nog maar klein.
Toch zal de nacht verdwijnen;
dan zal er vrede zijn.

(allen gaan staan)

Aanvangslied: Lied 149: 1 en 3

Halleluja! laat opgetogen
een nieuw gezang den HEER verhogen.
Laat allen die Gods naam belijden
zich eensgezind verblijden.
Volk van God, loof Hem die u schiep;
Israël, dank Hem die u riep.
Trek, Sion, in een blijde stoet
uw Koning tegemoet.

De HEER gedenkt in gunst de zijnen.
Hij kroont de zwakken en de kleinen.
Hij kent de stillen in den lande,
het heil is nu ophanden.
Weest verheugd, die den HEER verbeidt,
nu Hij komt en u zelf bevrijdt.
Prijst dan zijn naam bij dag en nacht
en roemt zijn grote macht.

Moment van stilte

Groet
v Genade en vrede, u en jullie allemaal,
van God onze Vader en van Jezus Christus de Heer.
a Amen.

Bemoediging
v Onze Hulp is in de Naam van de Heer,
a die hemel en aarde gemaakt heeft,
v die trouw blijft tot in eeuwigheid
a en niet loslaat het werk van zijn handen.

Gebed van toenadering, afgesloten met …
v .… dit bidden wij U in de naam van Jezus Christus, onze Heer.
a Amen.

Vervolg aanvangslied: Lied 149: 5

Nu zal, gelijk er staat geschreven,
Gods volk in volle vrede leven.
De boze vijand is verslagen.
Prijs ’s HEREN welbehagen!
Na het duister der wereldnacht
blinkt de luister van Gods geslacht.
Hemel en aarde stemmen saam
en prijzen ’s HEREN naam.

(allen gaan zitten)

Gebed om ontferming

Moment met de kinderen

(de kinderen gaan naar hun eigen ruimte)

Inleiding op de Schriftlezing(en)

Schriftlezing: Lukas 1: 26 – 38
26 In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar de stad Nazaret in Galilea, 27 naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David. Ze heette Maria en ze was nog maagd. 28 Gabriël ging haar huis binnen en zei: ‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’ 29 Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had. 30 Maar de engel zei tegen haar: ‘Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. 31 Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet Hem Jezus noemen. 32 Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal Hem de troon van zijn vader David geven. 33 Tot in eeuwigheid zal Hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.’ 34 Maria vroeg aan de engel: ‘Hoe zal dat gebeuren? Ik heb immers nog geen gemeenschap met een man.’ 35 De engel antwoordde: ‘De heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw overdekken. Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd en Zoon van God. 36 Luister, ook je familielid Elisabet is zwanger van een zoon, ondanks haar hoge leeftijd. Ze is nu, ook al hield men haar voor onvruchtbaar, in de zesde maand van haar zwangerschap, 37 want voor God is niets onmogelijk.’ 38 Maria zei: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’ Daarna liet de engel haar weer alleen.

Lied ‘Maria, weet je wel’, gezongen door Sera Noa tijdens een kerstconcert met de Zandtovenaar https://www.youtube.com/watch?v=I9Az4g-Vzqk

Preek

Muzikaal meditatief moment

Lied na de preek: Lied 259

Zend ons een engel in de nacht
als alles ons een raadsel is,
als ons de zekerheid en kracht
ontvallen in de duisternis.

Zend ons een engel ieder uur
dat ons ontvoert van U vandaan,
wanneer wij voor de blinde muur
van uw geheime plannen staan.

Zend ons een engel met uw licht
in onze slaap, de metgezel
die troost brengt met het vergezicht
van God met ons, Emmanuel.

Zend ons in hem de zekerheid
dat U ons zelf bezoeken zult
en bij ons wonen in uw tijd,
en leer ons wachten met geduld.

Dankzegging en voorbeden, stil gebed en gezamenlijk Onze Vader

Collectemoment: het project voor vluchtelingenkinderen

Filmpje van Kerk in Actie over Asif https://youtu.be/9f4fXHUXFEA

Voorganger:
Natte tenten, onvoldoende sanitair en te weinig eten. Zo wachten duizenden bange kinderen in Griekse vluchtelingenkampen op de winter die komt. Wij bidden voor hen:

Dat jij, die gegaan bent, toen op een dag, zomaar, omdat het niet anders meer kon,
– God weet hoe het was – dat jij, mensenkind, gegaan langs moeizame wegen,
met velen alleen door duistere nachten, aangespoeld aan onze grenzen,
dat jij, nu jij hier bent, ja dat jij ogen mag ontmoeten die jou zien,
handen die jou omarmen, harten die jou verstaan en je stiltes verdragen.
Dat jij, zo overgeleverd aan mij en anderen,
iets mag ervaren van de Vriendelijke, Erbarmende en Leven Schenkende.
Want weet je, de toekomst is ook van jou, deze aarde, deze lucht, ze komt jou toe, je bent zo nodig.
Eeuwige, beweeg mij, houd ons bewogen. In naam van de liefde, in Jezus’ naam.
Amen.

(allen gaan staan)

Slotlied: Lied 315

Heb dank, o God van alle leven,
die zijt alleen Uzelf bekend,
dat Gij uw woord ons hebt gegeven,
uw licht en liefd’ ons toegewend.
Nu rijst uit elke nacht uw morgen,
nu wijkt uw troost niet meer van de aard,
en wat voor wijzen bleef verborgen
werd kinderen geopenbaard.

En of een mens al diep verloren
en ver van U verzworven is,
Gij noemt zijn naam, hij is herboren,
vernieuwd door uw getuigenis.
Uw woord, dat spreekt in alle talen,
heeft uit het graf ons opgericht.
doet ons in vrijheid ademhalen
en leven voor uw aangezicht.

Gemeente, aan wier aardse handen
dit hemels woord is toevertrouwd,
o draag het voort naar alle landen,
vermenigvuldigd duizendvoud.
Een stem zegt: roep! Wat zoudt gij roemen
op mensengunst of -heerlijkheid?
’t Verwaait als gras en weidebloemen. –
Gods woord bestaat in eeuwigheid!

Zegen

Orgelspel