Zondag 29 augustus 2021, Maartenskerk 10.00 uur, max. 100 – dienst
Thema: niet vergeten!

Orgelspel

Welkom en mededelingen

Aansteken van de tafelkaarsen aan de Paaskaars met zang (door allen) en pianospel kaarsenlied Lied 290:

Licht van Pasen, zondagslicht, levensgloed op ons gezicht,
ga ons voor en vuur ons aan om verlicht op weg te gaan.

(allen gaan staan)

Moment van stilte

Groet
v Genade en vrede, u en jullie allemaal,
van God onze Vader en van Jezus Christus de Heer.
a Amen.

Bemoediging
v Onze Hulp is in de Naam van de Heer,
a die hemel en aarde gemaakt heeft,
v die trouw blijft tot in eeuwigheid
a en niet loslaat het werk van zijn handen.

Gebed van toenadering, afgesloten met …
v .… dit bidden wij U in de naam van Jezus Christus, onze Heer.
a Amen.

(allen blijven staan)

Inleiding op de zondag

Lied bij het begin: Lied 103: 1 (allen), 2 (zangers), 3 (allen) (zang en pianospel)

allen:
Zegen, mijn ziel, de grote naam des HEREN,
laat al wat binnen in mij is Hem eren,
vergeet niet hoe zijn liefd’ u heeft geleid,
gedenk zijn goedheid, die u wil vergeven,
die u geneest, die uit het graf uw leven
verlost en kroont met goedertierenheid.

zangers:
Loof Hem, die zo met gaven u verzadigt,
dat uw bestaan, met glorie begenadigd,
gelijk een arend nieuw bevleugeld wordt.
Het volk in druk heeft van Hem recht verkregen,
Hij heeft aan Mozes eens getoond zijn wegen,
op Israël zijn zegen uitgestort.

allen:
Hij is een God van liefde en genade,
barmhartigheid en goedheid zijn de daden
van Hem die niet voor altijd met ons twist,
die ons niet doet naar alles wat wij deden,
ons niet naar onze ongerechtigheden
vergeldt, maar onze schuld heeft uitgewist.

(allen gaan zitten)

Gebed

Inleiding op de Schriftlezing

Schriftlezing: Psalm 77:1-21

Voor de koorleider. Op de wijs van Jedutun. Van Asaf, een psalm.

2 Luid roep ik God, ik schreeuw het uit,
luid roep ik God-dat hij mij hoort.
3 Op de dag van mijn nood zoek ik de Heer,
bij nacht hef ik mijn handen, rusteloos,
mijn ziel laat zich niet troosten.
4 Ik denk aan God en moet zuchten,
mijn gedachten vermoeien mijn geest. sela
5 U laat me mijn ogen niet sluiten,
van onrust vind ik geen woorden,
6 ik zie terug op voorbije tijden,
op de dagen en jaren van vroeger,
7 bij nacht denk ik aan mijn spel op de snaren,
mijn hart zoekt, mijn geest vraagt:
8 Zou de Heer voor eeuwig verstoten,
zou hij niet langer liefhebben?
9 Is zijn trouw voorgoed verdwenen,
zijn woord voor eens en altijd verstomd?
10 Vergeet God genadig te zijn,
verbergt zijn ontferming zich achter zijn toorn? sela
11 En ik zeg: ‘Ik weet wat mij kwelt,
de hand van de Allerhoogste is niet meer dezelfde.’
12 Ik denk terug aan de daden van de HEER
ja, ik denk aan uw wonderen van vroeger,
13 overweeg elk van uw werken
en houd in gedachten uw grote daden.
14 Uw weg, God, is een heilige weg-
welke god is zo groot als onze God?
15 U bent de God die wonderen doet,
u hebt de volken uw macht getoond,
16 uw arm heeft uw volk bevrijd,
de kinderen van Jakob en Jozef. sela
17 Toen het water u zag, o God,
toen het water u zag, begon het te beven,
een huivering trok door de oceanen.
18 De wolken stortten water,
de hemel dreunde luid,
uw pijlen flitsten heen en weer,
19 uw donder rolde dreunend rond,
bliksems verlichtten de wereld,
de aarde trilde en schokte.
20 Door de zee liep uw weg,
door de wijde wateren uw pad,
maar uw voetsporen bleven onzichtbaar.
21 U leidde uw volk als een kudde
door de hand van Mozes en Aäron.” (NBV)

Muzikaal intermezzo (kort)

Preek

Muzikaal meditatief moment

Lied na de preek: Lied 943 (zang en pianospel) 1 en 2 (zangers) 3 en 4 (allen) 5 (zangers) 6 (allen)

zangers:
God gaat zijn ongekende gang
vol donkre majesteit,
die in de zee zijn voetstap plant
en op de wolken rijdt.

zangers:
Uit grondeloze diepten put
Hij licht, en vreugde uit pijn.
Hij voert volmaakt zijn plannen uit,
zijn wil is souverein.

allen:
Geliefden Gods, schep nieuwe moed,
de wolken die gij vreest,
zijn zwaar van regen, overvloed
van zegen die geneest.

allen:
Zou gij verstaan, waar Hij u leidt?
Vertrouw Hem waar Hij gaat.
Zijn duistere voorzienigheid
verhult zijn mild gelaat.

zangers:
Wat Hij bedoelt dat rijpt tot zin,
wordt klaar van uur tot uur.
De knop is bitter, is begin,
de bloem wordt licht en puur.

allen:
Hoe blind vanuit zichzelve is
het menselijk gezicht.
Godzelf vertaalt de duisternis
in eind’lijk eeuwig licht.

Dankzegging en voorbeden, stil gebed en gezamenlijk Onze Vader

Collectemoment

(allen gaan staan)

Slotlied: Lied 834 (zang en orgelspel) door allen

allen:
Vernieuw Gij mij, o eeuwig Licht!
God, laat mij voor uw aangezicht,
geheel van U vervuld en rein,
naar lijf en ziel herboren zijn.

allen:
Schep, God, een nieuwe geest in mij,
een geest van licht, zo klaar als Gij;
dan doe ik vrolijk wat Gij vraagt
en ga de weg die U behaagt.

allen:
Wees Gij de zon van mijn bestaan,
dan kan ik veilig verder gaan,
tot ik U zie, o eeuwig Licht,
van aangezicht tot aangezicht.

Zegen

Orgelspel